maandag 9 juli 2012

Zaterdag 7 juli, 349e dag en Zondag 8 juli, 350e dag.

Zaterdag 7 juli, 349e dag. Een kleine maar heftige storing vanaf de Atlantische oceaan trekt over de Scilly´s. Dit is geen dag om iets te ondernemen. Regen en windkracht zeven zijn omstandigheden om lekker aan boord te blijven. We liggen veilig aan de mooring en maken er een dagje 'Robeyne' van. Er is genoeg te mailen, schrijven of skypen en anders gezellig op de bank met een boek. Het tentje gaat over de kuip en de kachel aan, laat de shit maar komen, wij vermaken ons wel. Plannen maken voor het verdere verloop van de thuisreis. Alles afhankelijk van hoe de wind waait voor de laatste weken. Eerst maar eens naar Falmouth en dan verder zien. We kunnen langs de Engelse kust, de Solent en dan Dover, of oversteken naar de Franse kant. We zien wel. Er komt een mail binnen van vrienden die met hun zeilboot 'Kirke' in Cherbourg liggen en ons graag willen ontmoeten. We houden contact en gaan zien of dat gaat lukken. In de avond is het ergste van de depressie al weer voorbij en zienderogen knapt het weer op. Even denken we te gaan varen, maar na een heerlijke maaltijd en idem rode wijn, laten we dan plan voor wat het is, en met een boek kruipen we elk ons kooitje in. De wekker wordt wel gezet en zodra het tij keert willen we vertrekken en dat zal zo ongeveer om 06.30 uur zijn. Zondag 8 juli, 350e dag. Exact op het moment dat de wekker gaat, liggen we dwars in de vaargeul, het teken dat de stroom aan het draaien is. Een kop thee is snel gezet en terwijl René de koers in de laptop uitzet haal ik het tentje weg en maken we het schip klaar voor vertrek. De afstand naar Falmouth is 62 mijl en het moet wel erg tegenzitten willen we dat niet in één dag halen. Op de motor en met het stroompje mee glijden de eilanden van de Scilly's aan ons voorbij. Het is hoogwater en we kunnen een korte route nemen om op open water te komen. Voorzichtig sturend, want er zijn nog veel ondieptes en rotsen die we tussen de eilanden tegenkomen. Bakens op het land en in het water helpen om veilig te navigeren en na een uur varen komen we in veilig, diep water. We kijken nog even achterom en zien de groene heuvels van St.Mary's in de opkomende mist verdwijnen. Good bye Scilly's, wat een bijzondere ervaring, hier zullen we zeker nog terugkomen! De koers is pal Oost, 90 graden naar Lizard Point. De mist komt vanachter, als een muur vanuit zee naar ons toe. Het zicht loopt terug tot enkele honderden meters en we zijn blij met de digitale zeekaart, waarop de van AIS voorziene schepen duidelijk te zien zijn. Hun positie, koers en snelheid, het geeft een heel veilig gevoel. Uiteraard moeten we goed uitkijk houden voor schepen die géén AIS uitzenden, zoals veel vissersschepen en de collega zeilschepen. Om 09.30 zijn we dwars van de 'Seven Stones', de gevaarlijke rotsen waar de eerder besproken olietanker 'Torrey Canyon' haar einde vond. Wolf Rock is het laatste obstakel op onze weg naar lizard Point, daarna is de weg vrij, althans, we moeten twee drukke shipping lanes kruisen, dus het blijft oppassen geblazen. Na enkele uren verdwijnt de mist gelukkig en zeilen we rustig richting de Engelse kust. Het feit dat we dichter bij Nederland komen geeft een beetje dubbel gevoel. Het einde van deze bijzondere reis begint te naderen. Aan de ene kant wil je wel naar huis, maar ook dat de reis nooit ophoudt! Er zijn flink wat schepen om ons heen en we worden aan bakboord en stuurboord door grote containerjongens voorbij gevaren. Ook de Falmouth Coast Guard heeft het druk, we volgen alle gesprekken op de marifoon kanaal 16. Natuurlijk moet het allemaal in het Engels, maar je hoort precies wanneer het Russen, Zweden, Fransen of Chinezen zijn die zich melden voor een loods of andere zaken. Om 17.30 uur zijn we bij Lizard Point. Falmouth is nog maar enkele uren vanaf deze legendarische vuurtoren. De zeilschepen van vroeger, en dan heb ik over de windjammers uit het begin van de 20e eeuw, kregen bij vertrek uit de verre havens vaak een telegram met de tekst: 'Falmouth for orders'. Ze kwamen b.v. uit Australië met een lading graan of vanuit Zuid Amerika met de ruimen vol Guano ( vogelmest). De reders probeerden de lading zo goed mogelijk te verkopen en wachtten vaak tot de schepen in Europa waren om de beste prijzen te krijgen. Naar alle mogelijke havenplaatsen in Europa konden ze dan worden doorgestuurd om de lading te lossen. Het laatste stuk van onze tocht is het ineens hartstikke koud. Tussen vele voor anker liggende vrachtschepen vinden we onze weg naar de haven van Falmouth. Het is 21.00 uur als we het anker laten vallen in 10 meter diep water. Het was een lange dag, maar gelukkig hebben we het voor de duisternis invalt gered. Eerst maar een borrel en dan wat eten maken. De weersverwachting voor de komende dagen in Engeland zijn wind en regen . Die wind is wel wat we willen, de regen.......nou ja, het hoort bij dit land. Beer.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten